Dit is een beschrijving van het proces dat start na een melding van een calamiteit en/of geweldsincident in het kader van de Wmo.
- Aanbieder: natuurlijke persoon of rechtspersoon die jegens het college gehouden is een algemene voorziening of een maatwerkvoorziening te leveren.
- Algemene voorziening: aanbod van diensten of activiteiten dat, zonder voorafgaand onderzoek naar de behoeften, persoonskenmerken en mogelijkheden van de gebruikers, toegankelijk is en dat is gericht op maatschappelijke ondersteuning.
- Beroepskracht: natuurlijke persoon die in persoon beroepsmatig werkzaam is voor een aanbieder.
- Calamiteit: niet-beoogde of onverwachte gebeurtenis, die betrekking heeft op de kwaliteit van een Wmo-voorziening en die tot een ernstig schadelijk gevolg voor of de dood van een cliënt heeft geleid.
- Geweld bij de verstrekking van een voorziening (hierna: geweldsincident): seksueel binnendringen van het lichaam van of ontucht met een cliënt, alsmede lichamelijk en geestelijk geweld jegens een cliënt, door een beroepskracht dan wel door een andere cliënt met wie de cliënt gedurende het etmaal of een dagdeel in een accommodatie van een aanbieder verblijft.
- GGD: GGD Gelderland-Zuid.
- Leidraad meldingen: publicatie op de website van de GGD Gelderland-Zuid die melders inzicht biedt in de procedure die start na een melding.
- Maatwerkvoorziening: op de behoeften, persoonskenmerken en mogelijkheden van een persoon afgestemd geheel van diensten, hulpmiddelen, woningaanpassingen en andere maatregelen:
- Ten behoeve van zelfredzaamheid, daaronder begrepen kortdurend verblijf in een instelling ter ontlasting van de mantelzorger, het daarvoor noodzakelijke vervoer, alsmede hulpmiddelen, woningaanpassingen en andere maatregelen,
- Ten behoeve van participatie, daaronder begrepen het daarvoor noodzakelijke vervoer, alsmede hulpmiddelen en andere maatregelen.
- Ten behoeve van beschermd wonen en opvang.
- Melder: aanbieder die een melding heeft gedaan van een calamiteit/geweldsincident.
- Melding Wmo: een schriftelijk of elektronisch bericht van een aanbieder aan de toezichthoudende ambtenaar over een calamiteit/geweldsincident Wmo 2015.[1]
- Onderzoek: onderzoek naar aanleiding van een gemelde calamiteit/geweldsincident.
- Portefeuillehouder: portefeuillehouder die verantwoordelijk is voor de uitvoering van de Wmo.
- Rijksinspectie(s): de bij wet met het toezicht belaste ambtenaren, bijvoorbeeld de Inspectie Jeugdzorg, de Inspectie voor de Gezondheidszorg, de Inspectie Veiligheid en Justitie, de Onderwijsinspectie en de Inspectie Sociale Zaken en Werkgelegenheid.
- Toezichthoudende ambtenaar: door college van B&W benoemde persoon als bedoeld in artikel 6.1 van de Wmo 2015.
- Wmo-ambtenaar: ambtenaar Wmo bij de gemeente.
- Wmo 2015: Wet maatschappelijke ondersteuning 2015.
[1] Deze melding in het kader van de Wmo 2015 staat los van de een melding in het kader van de Jeugdwet, dus geboden jeugdhulp. Calamiteiten/geweldsincidenten die zich bij jeugdhulp of jeugdgezondheidszorg voordoen moeten worden gemeld bij de Inspectie Gezondheidszorg (IGJ).
- Calamiteit/geweldsincident in het kader van de Wmo
- Melding calamiteit/geweldsincident via www.gelderlandzuid.nl
- Melder ontvangt bevestiging melding
- Toezichthoudend ambtenaar neemt contact op met de melder en de beleidsadviseur met Wmo-toezicht in portefeuille van de gemeente
- Aanbieder voert onderzoek uit
- Aanbieder voert evaluatie uit
- Er volgt maatwerk
- Toezichthoudend ambtenaar beoordeelt de rapportage en de voorgestelde verbetermaatregelen.
- Toezichthoudend ambtenaar koppelt de uitslag terug aan beleidsadviseur met Wmo-toezicht in portefeuille van de gemeente
- Aanbieder voert mogelijke maatregelen in
- Optioneel volgt nog een monitoring

3.1 Verplichting tot melden
Artikel 3.4 van de Wmo geeft het volgende aan:
‘De aanbieder doet bij de toezichthoudende ambtenaar, bedoeld in artikel 6.1, onverwijld melding van:
- iedere calamiteit die bij de verstrekking van een voorziening heeft plaatsgevonden
- geweld bij de verstrekking van een voorziening’
Een calamiteit wordt in artikel 1.1.1. van de Wmo als volgt gedefinieerd:
‘een niet-beoogde of onverwachte gebeurtenis, die betrekking heeft op de kwaliteit van een voorziening en die tot een ernstig schadelijk gevolg voor of de dood van een cliënt heeft geleid.’
De definitie van ‘geweld bij de verstrekking van een voorziening’ is in artikel 1.1.1. als volgt:
‘het seksueel binnendringen van het lichaam van of ontucht met een cliënt, alsmede lichamelijk en geestelijk geweld jegens een cliënt, door een beroepskracht dan wel door een andere cliënt met wie de cliënt gedurende het etmaal of een dagdeel in een accommodatie van een aanbieder verblijft.’
In het vervolg wordt dit een geweldsincident genoemd.
De melding dient zo spoedig mogelijk, maar uiterlijk binnen drie werkdagen na de calamiteit / het geweldsincident digitaal te geschieden. Dit kan via www.ggdgelderlandzuid.nl. Als dit niet mogelijk is – vanwege een goede afhandeling van een calamiteit / geweldsincident – dan dient in ieder geval binnen 3 werkdagen een telefonische melding gedaan te worden bij de toezichthoudende ambtenaar. Dit kan door te bellen naar 088 144 7010.
3.2 Inhoud melding
Zie meldformulier / toelichting meldformulier.
3.3 Ontvangstbevestiging
De toezichthoudende ambtenaar bevestigt de ontvangst van een melding terstond en neemt contact op met de persoon die de melding gedaan heeft.
Daarnaast neemt de toezichthoudend ambtenaar terstond contact op met de portefeuillehouder(s) Wmo van de betrokken gemeente(n).
Als het vervolg op de melding bepaald is, laat de toezichthoudend ambtenaar dit per brief weten aan:
- de voorzitter van het bestuur van de betreffende aanbieder(s) of – wanneer geen sprake is van een bestuur – aan de directeur/eigenaar van de aanbieder(s);
- de portefeuillehouder(s) Wmo-toezicht van de betrokken gemeente(n);
- De Wmo-ambtenaar(s) met Wmo-toezicht in de portefeuille van de betrokken gemeente(n).
3.4 Samenwerking andere toezichthouders
- De toezichthoudende ambtenaar verzoekt de melder zo spoedig mogelijk, maar uiterlijk binnen 3 werkdagen een melding te doen bij de rijksinspectie wanneer de rijksinspectie de wettelijk aangewezen partij is voor calamiteitenmelding en nog niet op de hoogte is van de melding.
- De toezichthoudende ambtenaar onderhoudt contacten met de aangewezen inspecteur van de rijksinspectie gedurende het onderzoek waar nodig en na afloop van het onderzoek.
3.5 Soorten onderzoek
Op de volgende manieren kan de melding opgevolgd worden:
- Afsluiten zonder onderzoek
- Zelfonderzoek
- Onderzoek door Wmo-toezicht
- Netwerkevaluatie
- Gemeentelijke evaluatie
3.6 Invoeren verbetermaatregelen
De aanbieder voert verbetermaatregelen in wanneer hier sprake van is. Dit doet zij binnen een redelijke termijn. Indien van toepassing zal de toezichthoudende ambtenaar controleren of de verbetermaatregelen voldoende zijn doorgevoerd binnen de gestelde termijn.
3.7 Handhaven
De toezichthoudende ambtenaar kan de gemeente adviseren over handhaving.
3.8 Strafbare feiten
- Als de toezichthoudende ambtenaar in enige fase van het onderzoek een redelijk vermoeden krijgt dat er sprake is van een strafbaar feit, wordt in overleg met de Wmo-ambtenaar dit terstond ter kennis gebracht aan de politie.
- Het onderzoek van de toezichthoudende ambtenaar mag een strafrechtelijk onderzoek van politie en Openbaar Ministerie niet in de weg staan of beperken.
3.9 Slotbepaling
In die situaties, waarin deze leidraad niet voorziet handelt de toezichthoudende ambtenaar naar bewind van zaken.